Dit voorjaar geeft ons keer op keer hoofdbrekens en we zoeken nieuwe oplossingen:
Welke groenten gaan we wanneer in de grond zetten? De zaaikalender heeft geen rekening gehouden met de overvloedige regens in februari en begin maart , de droogte van april en de koude nachten van half mei. Van een intelligente lockdown heeft de kalender ook nog niet eerder gehoord. En een 1,5 meter-afstand-moestuin is puzzelen, onze teeltbedden hebben we immers aangelegd in een stramien van 1,2 m: steeds 30 cm breed werkpad en 90 cm breed verhoogd teeltbed.
Dus niet de Grote Plantdag met voorjaarsborrel uit de jaarplanning, maar met een kleine groep tuinwerkers 4 ochtenden uitplanten van 5000 groenteplantjes. Wel met een extra aanmoedigingskoekje bij de koffie. Gekregen van de Voedselbank.
Er staat de uitplant-week een straffe oostenwind die de oppervlakte van de teeltbedden uitdroogt, vorige maand stonden de paden nog onder water. We halen de beregeningsslangen uit de winteropslag en puzzelen weer op het afstellen van de sproeiers. Elke dag na het uitplanten de nieuwe plantjes beregenen met grondwater, het mooiste moment van de dag! Echtparen kunnen samen werken op 1 teeltbed, de andere tuinwerkers werken met 1 teeltbed tussenruimte. Dat geeft een bijzonder mozaïek van ijsbergsla, kropsla, eikenbladsla, andijvie en lege teeltbedden.
De bataten hebben we tijdelijk uit logeren gestuurd. Ze hebben een mooi plekje in de serre gekregen. Was april de warmste april ooit, de IJsheiligen doen hun naam eer aan: er is tussen 11 en 15 mei nachtvorst voorspeld. De bataat is (sub)tropisch van oorsprong. Columbus heeft hem meegenomen uit Zuid Amerika. En de bataat houdt niet van kou. Als Mamertus, Pancratius, Servatius van Maastricht en Bonifatius voorbij zijn, komt op vrijdag 15 mei Koude Sofia. Daarna gaan de bataten de grond in!
De Voedseltuin werkt door in tijden van Corona, wel met aangepaste werkwijzen, want verse groenten kunnen niet gemist worden bij de Voedselbank.