Het hele voorjaar hebben roodgeverfde steentjes en schelpen tussen de kleine aardbeiplantjes gelegen. Nu zijn ze bijna niet meer terug te vinden, maar het lijkt wel alsof ze hun werk gedaan hebben?
Vier jaar geleden hebben we de eerste aardbeiplantjes op de Voedseltuin gezet, een grote hoek vol met het ras Korona. Die naam was toen niet opvallend, het betekende immers gewoon ‘kroon’ en het zou grote zoete aardbeien opleveren.
En dat werden ze ook, groot , glimmend rood en heel zoet. Het eerste hapje is het lekkerst, alsof het puntje vol suiker zit. Alleen werden die aardbeien wel allemaal tegelijk rijp en dat is niet zo handig op onze Voedseltuin. Dat vraagt heel veel plukkende handen ineens en maar kort veel aardbeien tegelijk uitleveren aan de Voedselbank. Ook zijn de Korona’s zo groot, zoet en zacht dat er maar weinig in een bakje passen en dat iedere beschadigd plekje snel papperig wordt. Een Korona is geen bewaar-aardbei maar een echte ‘pluk-en-eet’ lekkernij.
Na twee jaar op dezelfde plek groeien kwam de vruchtvakwisseling: op een nieuwe plek een nieuwe generatie aardbeiplantjes zetten. We kozen vier andere rassen die goed ‘opgaand’ groeien op zandgrond met compost en die ziektebestendig zijn. We telen in de volle grond, zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Rassen waarvan de aardbeien wel zoet zijn, maar stevig zodat ze fris aankomen bij de Voedselbank-uitdelingen. En ook belangrijk: waarvan de vruchten niet allemaal tegelijk rijp worden: van een vroege juni-drager tot een doordragend ras dat tot in september aardbeien geeft. Er zijn meer dan 600 consumptierassen en Nederland is toonaangevend in het ontwikkelen van nieuwe rassen. Van de betrouwbare Elsanta, de middenseizoen Sonsation tot de snel aan populariteit winnende Limalexia, ze staan allemaal op onze Voedseltuin en geven dit jaar een uitbundige oogst.
De oude Koronaplanten hebben we weggegeven. Van uitlopers hebben we nog één apart teeltbed ingeplant waar tuinwerkers voor zichzelf een pluk-en-eet-bakje vanaf kunnen halen. We vinden de Korona de allerlekkerste aardbei, thuis in een grote pot op je balkon of een klein hoekje van je tuin: plukken en opsmikkelen.
En die roodgeverfde steentjes? Wij zijn niet de enigen die aardbeien lekker vinden. De eksters en kauwen verkennen onze teeltbedden en zien de roodgeverfde steentjes aan voor aardbeien. Het hele voorjaar proberen ze al aardbeien te pikken maar ervaren dan dat het mooie rood tussen de aardbeiplanten geen voedsel oplevert, wel een pijnlijke snavel. Tegen de tijd dat de aardbeien rood worden aan dezelfde planten waar de rode schelpen en stenen onder liggen, laten ze die rode vruchten met rust!
Welkom op de Voedseltuin
Schoffelaar, aardbeienplukker of pompoenzaaier, je bent welkom om een helpende hand toe te steken. Je vindt ons op maandag-, woensdag- en vrijdagmorgen bij de Pipowagen.